Met de komst van gen-gerichte therapieën, wordt het belangrijker dan ooit om de genetische basis van ALS beter te begrijpen om zo patiënten en hun familieleden op individuele basis te kunnen behandelen en voor te lichten over hun risico om ALS te krijgen.
De traditionele studies naar “familiaire” en “sporadische” ALS hebben verschillende ALS genen geïdentificeerd, maar belangrijke vragen blijven onbeantwoord. Wat is de kans dat iemand ALS krijgt die de mutatie heeft? Krijgt iemand ALS of een ziekte die daaraan verwant is zoals FTD? Op welke leeftijd begint de ziekte en wat zal het beloop zijn.
In dit project zullen we deze vragen proberen te beantwoorden in een nieuwe studie-opzet waarin we specifiek kijken naar verre familieverbanden tussen patiënten met ALS. De hypothese is dat twee verwante ALS patiënten een deel van de (genetische) risicofactoren voor ALS delen.
Door tevens ogenschijnlijk niet-aangedane familieleden te bestuderen komen we meer te weten over factoren die ervoor zorgen waarom deze familieleden niet ziek worden, of dat zij misschien toch ziekten hebben die verwant zijn aan ALS en welke factoren de variatie in het ziektebeloop verklaren.
Hiervoor zullen we op grote schaal familierelaties in kaart brengen van ALS-patiënten in een nieuwe genealogische database: de ALS-Linked super-Pedigrees in the Netherlands (ALPINE) database. We zullen patiënten en familieleden die reeds deelnemen en gaan deelnemen aan de Prospectieve ALS Studie Nederland (PAN) vragen om vragenlijsten met gegevens (naam, geboortedatum, geboorteplaats) in te vullen tot en met derdegraads familieleden.
Daarnaast zullen we met behulp van de genetische profielen in Project MinE zoeken naar verre verwantschappen tussen patiënten. Tenslotte zal een professioneel genealoog op basis van verschillende registers stambomen verder aan elkaar proberen te verbinden als deze bijvoorbeeld uit dezelfde regio in Nederland komen of genetisch verwant zijn.
Met deze familieverbanden kunnen we vervolgens met onze analyses van de PAN zoeken naar aandoeningen die in families vaker voorkomen bij patiënten met ALS. Daarnaast kunnen we met de familierelaties de genetische analyses van Project MinE verrijken.
Hierdoor kunnen we beter nieuwe genetische risicofactoren voor ALS in kaart brengen, maar ook risico inschattingen maken voor specifieke ALS-gerelateerde mutaties en zoeken naar factoren die het beloop van ALS beïnvloeden. Met deze informatie zullen we uiteindelijk patiënten en hun families beter kunnen voorlichten over het risico op ALS en de mogelijkheden van toekomstige gen-gerichte therapie.
Patiënten en hun families beter voorlichten over het risico op ALS en de mogelijkheden van toekomstige gen-gerichte therapie.
Aanvrager project: ALS Centrum Nederland